Er is één resultaat waar alle andere kwaliteitscriteria onderschikt aan zijn: de optimale ontwikkeling van elk kind binnen Campus Columbus. En deze kwaliteit laat zich niet zomaar ‘vangen’. Om de omstandigheden voor optimale ontwikkeling op een zo hoog mogelijk niveau te krijgen, reflecteren we constant.
We reflecteren op (sociale) veiligheid, de opvoedkundige kwaliteit en onderwijskwaliteit. We maken analyses en zetten deze om in handelen. Daarover leggen we ook verantwoording af.
In onze reflectie staan doelgericht (samen)werken en leren met en van elkaar centraal. De dialoog zien we hierbij als belangrijk instrument. Wij vragen ons steeds af:
- Doen we de goede dingen en doen we deze goed?
- Hoe weten we dat?
- Wat vertelt dit ons over ons handelen?
Instrumenten
Naast de professionele dialoog, zetten we de volgende instrumenten in.
Campusniveau:
- Interne audits binnen Blosse.
- Tevredenheidsonderzoek
- Reflecteren op doelen vanuit campusjaarplan.
- Bekwaamheidsportfolio’s team.
Het team stelt zicht jaarlijks een aantal doelen. Deze worden opgenomen in het campusjaarplan. Hierbij wordt gekeken naar urgentie en ambitie. Iedere maand worden de gestelde doelen tegen het licht gehouden, zo nodig worden doelen of werkwijze bijgesteld. Op het gehele campusjaarplan wordt in juni gereflecteerd. Hiermee blijft ook het ‘portfolio op organisatieniveau’ cyclisch en betekenisvol voor iedereen.
Op unit- en kindniveau zorgt de mentor samen met zijn of haar unitcollega’s voor de ondersteuning van kinderen. Hierbij kan de pedagogisch coach worden geconsulteerd.
Unit- en kindniveau:
- Kwaliteitskaarten taal en rekenen
- Daltonkernwaarden
- Kindportfolio’s en reflectiegesprekken
- Kanvasvragenlijst en pest-enquête voor unit D t/m F
- Collegiale consultatie
- Kind- en unitbespreking
- Afname methode(on)afhankelijke toetsen en analyse hiervan
Ons doel is om aan te sluiten bij de ontwikkeling en basisbehoeften van élk kind. We gaan uit van verschillen. Daarom is de basis van ons handelen: het observeren en analyseren van producten van kinderen. De inhoud en manier van observeren is bij elke afdeling weer anders.
Onderwijsunits
Binnen onderwijsunits volgen we de ontwikkeling van kinderen op meerdere manieren, in lijn met de groei van het kind. We streven ook meerdere doelen na. Denk bijvoorbeeld aan rekenen en creatieve vaardigheden.
Sommige ontwikkellijnen lopen van 0 tot 12 jaar, anderen starten rond 4 of 7 jaar. Voor de onderwijsunits registreren we gegevens digitaal. We gebruiken hierbij leerlingvolgsysteem Parnassys. Kinderen van 0-12 jaar volgen we met het integrale systeem; Looqin. Dit procesgerichte kindvolg systeem koppelt welbevinden en de betrokkenheid aan competenties en prestaties.
Vanaf unit A werken kinderen bewust met een portfolio. Hiermee maken we kinderen eigenaar van hun ontwikkeling. Het werken met een portfolio is een terugkerend proces van verzamelen, terugkijken, selecteren en plannen.
Vanuit reflectiegesprekken krijgen het kind en de mentor inzichten en maken zij nieuwe afspraken voor de komende periode. Kinderen bewaren ‘bewijsstukken van hun ontwikkeling’ in een persoonlijk portfolio. Dit wordt onder begeleiding van de mentor gepresenteerd door het kind aan de genodigden. Wie deze genodigden zijn, wordt door het kind bepaald.
In dit presentatieportfolio, dat halfjaarlijks groeit, zitten ook:
- Registratie van de ontwikkeling middels het leerlingvolgysteem.
- Reflectie op daltonkernwaarden.
- Toetsresultaten
- Persoonlijke bijdragen van kind en mentor.
Kinderopvang
De vier pedagogische basisdoelen uit de Wet Kinderopvang vormen het uitgangspunt voor ons handelen. Kwalitatief goede kinderopvang zorgt voor:
- Een gevoel van (fysieke en emotionele) veiligheid.
- Het bevorderen van sociale competenties.
- Het bevorderen van persoonlijke competenties.
- Socialisatie en overdracht van waarden en normen.
Voor opvang zetten wij de volgende instrumenten in:
- Achtwekelijkse cyclus werkoverleg met kindbespreking.
- Ontwikkelvolgmodel Estafette.
- Consultatie door pedagogisch coach.
- Collegiale consultatie.
- Inzet van intern en extern deskundigen.
- Tevredenheidsondezoek
Daltonlicentie en visitatie
De Nederlandse Daltonvereniging (NDV) ziet toe op de kwaliteit vanuit de daltonkerwaarden.
Het heeft daarvoor visitatiecommissies. De commissie beoordeelt de praktijk en laat zich informeren door kinderen en ouders. Ook doet het aanbevelingen die wij vervolgens opnemen in ons campusjaarplan. Iedere vijf jaar wordt de campus bezocht door de NDV.